De komende vijf jaar houdt het Boekenweekgeschenk en –essay zich aan een gelijke verhouding tussen mannelijke en vrouwelijke schrijvers. Dit zegt Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (CPNB) toe na de publieke discussie die zij ontving.
Nadat Stichting CPNB het thema van de Boekenweek 2019 aankondigde (De moeder de vrouw, naar het gedicht van Martinus Nijhoff) samen met de keuze voor twee mannen die zowel het Boekenweekgeschenk als het –essay schrijven, ontstond er opschudding rondom het literatuurfestijn.
De Stichting zou zich niet genoeg focussen op de rol en positie van vrouwen in de literaire wereld. Als reactie hierop verscheen er een petitie in NRC en De Morgen van schrijvers en mensen uit de boekenwereld. Het CPNB gaf gehoor aan de ophef en ging het gesprek aan. Dit leidde tot een compromis tussen beide partijen.
Het thema voor aankomende editie blijft hetzelfde en ook Siebelink en Isik blijven schrijven voor het Boekenweekgeschenk 2019. Wel is er besloten om nog een gedicht uit te geven geschreven door een vrouwelijke dichter. Deze wordt tijdens de Boekenweek weggegeven door boekwinkels en bibliotheken. Verder wordt er de komende vijf jaar gezorgd voor een gelijke verhouding tussen man en vrouw. Het CPNB houdt wel de optie open om het ene jaar voor twee mannen te kiezen, om een opvolgend jaar twee vrouwen te selecteren. Altijd gericht met de garantie voor een volledige balans.
CPNB verklaart
‘Door actief te kiezen voor gendergelijkheid en diversiteit wil de CPNB bijdragen aan een inclusieve samenleving. Dat past bij haar belangrijkste doel: leesbevordering, het stimuleren van mensen om boeken te kopen, te lenen, te lezen. Lezen leidt immers tot meer begrip voor de ander en daarmee tot een hechtere samenleving. De laatste jaren daalt het aantal jongvolwassenen én jongeren die boeken lezen sterk. Zonder lezers geen boeken, geen schrijvers. Het is de gezamenlijke opdracht van het boekenvak om dit tij te keren. Met vereende krachten, in alle diversiteit, en gezamenlijke betrokkenheid bij de literatuur en leesbevordering’, verklaart het CPNB in een persbericht.