Door: Puck Gerkema
De schilderijen van Peter Paul Rubens (1577-1640) zou je niet snel beschrijven als ‘bescheiden’: deze Vlaamse kunstenaar hield van grootste voorstellingen vol energie en spanning. Christus wordt nét op het kruis genageld, of een roedel leeuwen valt genadeloos een groep soldaten aan. Het lijkt alsof Rubens al die heftige scenes zo uit zijn penseel schudt, maar in het Boijmans van Beuningen is nu het tegendeel te zien. Een grote verzameling olieverfschetsen, bijna nog indrukwekkender dan het eindresultaat, geven een inkijkje in het schilderproces van Rubens.
Het geweld knalt bijna van het papier af. Het gehinnik van paarden, donderend onweer, schreeuwende soldaten, en op de voorgrond een groep wilde honden die vechten om de tong van een oude man. Zie hier “De Marteling van de heilige Sint Livinus” (1633-1636): een olieverfschets zo spannend dat ik mijn ogen er niet af kan houden. Is dit een Christelijke voorstelling? Het lijkt eerder een scene uit een actiefilm, waarbij Rubens op het meest bloedstollende moment een ‘foto’ heeft genomen.
De Vlaamse Katholieke Kerk zal ook wel geschrokken zijn, want zij waren veel meer ingetogen religieuze kunst gewend. Het meeste daarvan was echter vernietigd tijdens de Beeldenstorm van 1566, en toen de Zuidelijke Nederlanden onder Spaans heerschappij kwamen, vulde Rubens de kerken met een heel ander soort katholieke kunst. Nog steeds religieus, maar de focus lag op de dramatiek van de voorstelling. Als je zag hoeveel pijn Christus en zijn volgelingen moesten lijden, zo dacht Rubens, dan zal jouw geloof alleen maar sterker worden.
De koning houdt van Hercules
Maar buiten religieuze schetsen hangen er ook veel tekeningen in de tentoonstelling van klassieke helden en goden. Rubens had immers meer klanten dan de Katholieke Kerk, waaronder de Franse koningin Maria di Medici, het Spaanse koningshuis en de Engelse Koning Karel I, die graag het plafond van zijn Banqueting House mooi beschilderd wilde.
Deze koninklijke klanten gaven de voorkeur aan mythologische verhalen: prenten van de gespierde halfgod Hercules, lieftallige nimfen, en zelfs het hele levensverhaal van de Griekse held Achilles is afgebeeld. De internationaal geliefde Rubens volgt hem vanaf zijn doop in de rivier de Styx tot de dodelijke pijl in zijn ‘Achilleshiel’.
Plezier spat van het paneel
Er zijn twee grote zalen in het Boijmans van Beuningen museum nodig om alle schetsen van de Vlaamse kunstenaar tentoon te stellen, en met een goede reden. Meer dan 70 olieverfschetsen van Rubens zijn bijeengebracht, aangevuld met prenten, beelden en zelfs een wandtapijt afkomstig uit musea van over de hele wereld.
De schetsen van Rubens zijn zo internationaal verspreid omdat de schilder ze niet alleen maakte als oefenmateriaal. Schetsen waren voor Rubens een belangrijk deel van zijn oeuvre: hij gebruikte ze namelijk als voorbeeld voor zijn leerlingen, of ze waren bedoeld voor zijn opdrachtgevers: “Kijk uwe Spaanse Hoogheid, zo zal uw schilderij eruit gaan zien.”
Deze Spaanse Hoogheid is Koning Filips de IV van Spanje, die in 1636 de opdracht gaf aan Rubens om schilderijen te maken voor zijn Torre de la Parada, het jachtslot van de koning. Negen schetsen van deze schilderijen, uitzonderlijk genoeg geschilderd op paneel i.p.v. papier, liggen tentoongesteld in de achterste museumzaal.
Stuk voor stuk zijn de schetsen uit 1636 kleine meesterwerkjes: elk met haar eigen bijzondere details. Zo is het landschap op de achtergrond van “Cephalus & Procis” haast impressionistisch te noemen, en spat het plezier van de satyrs en muzikanten in “De Triomftocht van Bacchus” van het paneel. De donkere “Hercules & Cerberus” is daarentegen weer bloedstollend spannend: deze scene, waarin de gespierde halfgod de driekoppige hond uit de brandende hel leidt, zindert van de hitte.
Het mes in het donker
Zoals je zelf zult ervaren, hoeft de grootte van een kunstwerk niets te zeggen over zijn impact. De kleurrijke olieverfschets van “De ontdekking van Achilles te midden van de dochters van Lykomedes” (ca. 1635-1639) zit al vol beweging: de dochters verschrikt opkijkend naar hun ‘zuster’ in wapenuitrusting. En “De Blindmaking van Simson” (1609-1610) mag grotendeels plaatsvinden in de schaduwen, maar boven het hoofd van een woest vechtende Simson glimt het mes… less is more: de suggestie is bloederig genoeg.
Om deze reden is de tentoonstelling “Pure Rubens” indrukwekkend; niet vanwege de rijke opdrachtgevers van Rubens of de grootte van de tekeningen, maar vanwege de schoonheid en het talent die in alle schetsen zit. Dit zijn geen simpele tekeningen van de kunstenaar, zo weg te gooien als het meesterwerk af was, maar echte kunstwerken waar Rubens terecht zuinig op was. Kunstwerken die een tentoonstelling als deze verdienen.
De tentoonstelling “Pure Rubens” loopt van 8 september 2018 t/m 13 januari 2019. Kijk hier voor meer informatie.