Door: Bram Barentsen
Zonder kunstenaars geen kunst en cultuur. Het zijn juist deze personen die onze maatschappij kneden en vormen. Wij zoeken jonge talenten op en delen hun verhaal. We beginnen met Erik van Bemmel (32). Erik is de beeldend verhalenverteller die nergens genoeg van krijgt. Hij zegt graag ja en wil dat wij weer omkijken naar elkaar.
Geboren in Kenia verhuisde hij op zijn tweede naar Nederland. Na zijn afstuderen aan de opleiding sport, management en ondernemen aan de Hogeschool van Amsterdam, werkte hij aan sportevenementen en kleding. De kleding liep goed en werd steeds groter. Hij kon hier zijn creativiteit in kwijt en begon een beetje ‘aan te kloten’ met Photoshop. Dit aankloten resulteerde in het ontwerpen van schaatspakken voor de Olympische Spelen, voor België. Zijn drang naar creativiteit was ontdekt.
‘Wij, ik en mijn ouders, helpen allemaal mensen. Mijn moeder als psycholoog en mijn vader als arts. Ik probeer dat op een andere manier te doen.’ Met die toen nog onbewuste gedachte vierde hij zijn eerste expositie in de praktijk van zijn vader. Hier was hij voor gevraagd en de buurt rondom de praktijk was het toneel voor zijn werk. ‘Ik wil meer. Fotografie. Beeld. Meer.’ Hij begon aan de Fotovakschool Amsterdam en werd direct na zijn studie genomineerd als GUP Talent.
Erik laat zich inspireren tijdens zijn wandelingen. Hij neemt altijd een andere route heen dan terug en het is het randje van de maatschappij dat hem daarbij aanspreekt. Het uitsluiten van mensen, discriminatie, vindt hij vreselijk. Betrek ze juist bij de maatschappij. ‘We zijn met z’n allen op de aarde en ik vind dat we het ook samen moeten doen,’ vertelt Erik. Zoek de dialoog op. Breng mensen bij elkaar. Kijk op van je mobiel en ontdek.
Zoals Erik nooit hetzelfde rondje twee keer maakt, is hij er bewust mee bezig om elke dag anders in te vullen. ‘Elke dag sta ik fluitend op.’ Elke dag is een nieuw hoofdstuk met als rode draad zijn inwendige schreeuw; ‘Wat ik nu zie, ik weet nog niet hoe ik dat ga vertellen, maar ik vind daar iets van en ik wil dat op een bepaalde manier met de wereld delen’. Fotografie. Gedichtjes. Beeld. Grafisch werk. Erik laat zich niet beperken tot een discipline. Hij wil een verhaal vertellen en hoe dat verhaal vorm krijgt, ontdekt hij tijdens zijn zoektocht.
Zo vond Erik een aantal jaren geleden een tweedehands bijbel. In de bijbel stond een opmerkelijke tekst; een boodschappenlijstje uit 1940. Dit was de aanleiding voor een verzameling bijbels uit 1930, 1940 waar allerlei bijzondere boodschappen in zaten. Wanneer geeft iemand een bijbel? En wanneer krijg jijzelf een bijbel? De een zei ‘Lieve Petra, fijne kerst - Henk 1942’ en de ander was een onschuldig Sinterklaasgedichtje. Gefascineerd door het bijbelboodschapfenomeen had Erik uiteindelijk meer dan 30 bijbels. Een van de bijbels werd in een kom water gegooid en verving de functie van bloemen op tafel. Zo hoefde hij geen bloemen meer te kopen en had hij wat interessants op tafel. ‘Het object had wat spannends,’ vertelt Erik. ‘Ik prikkelde mensen ermee. Iedereen had er wel een mening over.’ Hij gaf het object de naam ‘Sterkwater’.
Twee jaar later werd Erik door het Bijbels Museum gevraagd voor een fototentoonstelling met als thema de 'Zondvloed nu'. Zijn willekeurige ontdekkingstocht kreeg opeens een bestemming. Het resultaat werd Sterkwaterhalen; drie gefotografeerde vazen gevuld met sterkwater en replica’s van een bladzijde over de Zondvloed. Elk met een eigen vorm en unieke barsten. Voor de tentoongestelde foto’s, staan de fysieke vazen. Een extra dimensie die ook in de achterliggende gedachte van zijn werk zit.
Erik’s werk kwam er niet zomaar. De vraag van het Bijbels leidde hem langs tientallen gesprekken met islamieten, joden en christenen. Hij ging opzoek naar diepgang. Hij kon niet zomaar de koran of de bijbel in het water gooien. Dat zou heiligschennis zijn. ‘Mijn doel is toch het verbinden en mensen bij elkaar brengen,’ vertelt Erik. ‘Als ik dan gelijk al begin met heel erg provoceren, dan weet ik zeker dat ik mijn doel niet bereik. Aandacht krijg ik dan vast wel, maar dat is niet mijn doel. Ik wil mensen samenbrengen.’
Door een bladzijde over de Zondvloed uit alle drie de boeken te halen wil Erik aantonen dat de essentie van het verhaal hetzelfde is. Ze zijn vanuit hetzelfde idee geschreven. Door eerst de overeenkomsten te laten zien, kunnen bezoekers het daarna over de verschillen hebben. De variatie in vorm van de vazen staan symbool voor die verschillen. Het sterkwater zorgt ervoor dat de bladzijdes altijd goed blijven. Het is een heilig iets. ‘Ik vind het symbolisch heel mooi. Ik wil dat het op een voetstuk geplaatst word.’
Toch heeft schoonheid ook een keerzijde. De afgesloten vazen kunnen als een soort beklemmende wereld ervaren worden. Er kan van buiten naar binnen gekeken worden, maar je blijft in jouw eigen wereld. Het zijn drie gescheiden werelden. Juist door dit te laten zien wil Erik dat wij de kloof doorbreken. ‘Ik wil heel graag dat mensen uit hun eigen wereld stappen en eens bij de buren gaan kijken. Ga met elkaar in gesprek.’ Het is 2 voor 12. ‘We moeten nu wel met ons allen het gesprek aangaan, anders gaat die vaas barsten en dan komt de echte zondvloed over ons heen. Dat zou zonde zijn.’
Sterkwaterverhalen is zoveel meer dan de naam van de fotoserie. Sterkwaterverhalen is kunst. Sterkwaterverhalen is op 9 mei samenkomen in het Bijbels Museum. Sterkwaterverhalen is elkaars werelden ontdekken. Sterkwaterverhalen stopt niet. In september begint Erik met zijn vriendin aan een autotocht naar India. Via Kirgistan en Tadzjikistan naar misschien wel een verlengstuk van Sterkwaterverhalen.
Erik wil, op zoek naar verschillen en overeenkomsten, nog jarenlang geprikkeld en geëmotioneerd raken. We zijn allemaal mensen. Geniet van elkaar. ‘Laat het leven me positief blijven verbazen.’